Speurend naar de eerste plantjes in een struweelrand, liep ik laatst op het landgoed een zeldzame plant te lijf.. Tussen de paardenbloemrozetten en jonge brandnetels trof ik een aantal rozetten aan van gifsla (Lactuca virosa)!
Gifsla is het best te herkennen door zijn als ruwe, brede, spatelvormig-omgekeerd-eironde bladeren. De rugzijde van de middennerf is veelal bezet met zeer kleine stekeltjes, welke vaak meer weghebben van klierachtige haren.
Foto 1: rozet van gifsla. |
Foto 2: onderzijde blad met op de middennerf kleine stekeltjes. |
Hoewel de soort er nu nog niet erg spectaculair uitziet, groeit gifsla in de zomer uit tot een rijk bloeiende plant, die makkelijk 2 meter hoog wordt (foto 3).
Hij lijkt sterk op zijn broer kompassla, waarvan hij zich onder meer onderscheidt door zijn ongedeelde, meestal niet gedraaide bladeren en de stekeltjes op de middennerf, die vaak kleiner dan 1 mm zijn of ontbreken.
Wat betreft biotoop prefereert gifsla open, vochtige, stikstofrijke grond en is dan ook vaak te vinden in omgewerkte grond in het stedelijke gebied. Helemaal niet zo gek dus dat de soort zich hier op het landgoed spontaan heeft gevestigd.
Foto 3: bloeiende gifsla in een voortuin |
In tegenstelling tot het algemene kompassla, is gifsla in Nederland zeer zeldzaam. Het vermoeden bestaat echter dat de soort veel minder zeldzaam is dan wordt aangenomen, doordat deze in veel gevallen wordt aangezien als kompassla.
Ondanks deze discussie blijft het een bijzondere vondst. Ten slotte zijn er tot nu toe maar weinig vindplaatsen in Nederland bevestigd. Landgoed Larenstein behoort hier inmiddels ook toe.